(bron: NOS)

Nederlandse podia en theaterproducenten vragen zich af of ze na het aflopen van de overheidssteun het hoofd boven water kunnen houden. Vanwege de afstandsregels mag maar zo’n 20 procent van de stoelen worden bezet, maar zelfs die kaarten worden niet allemaal verkocht, zegt de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD).

“Veel mensen zijn nog schuw om naar het theater te gaan. Niet alles is uitverkocht”, zegt een woordvoerder. Onder de voornaamste doelgroep blijft de angst op besmetting bestaan. “Iedereen is hard aan het werk om het hoofd boven water te houden.”

‘Terughoudendheid’

“Mensen zijn terughoudendheid”, zegt Dries Floris, directeur van theater de Kattendans in Bergeijk. Zijn theater ging terug van 280 naar 66 stoelen, maar door een verbouwing kon hij dat verhogen tot 100. “In juli en augustus hadden we 60 voorstellingen en ik had een hogere bezetting verwacht.”

Normaliter is zijn theater deze maanden dicht, omdat het seizoen eigenlijk pas in september begint. Floris hoopt dan ook dat de bezetting de komende tijd omhoog gaat. “Het lijkt erop dat de zaal de laatste tijd sneller vol zit, er is wat meer vertrouwen bij de mensen. Wij hebben er alles aan gedaan om het veilig te krijgen.”

Volgens het CBS werkten in 2018 zo’n 24.000 mensen in de sector en waren er zo’n 54.000 voorstellingen en concerten. “Van het geld dat hier wordt uitgegeven, zijn veel mensen afhankelijk”, zegt Yassine Boussaid, directeur van theater de Meervaart in Amsterdam. “Niet alleen wij als theater, maar ook de lichttechnicus, visagist, omringende horeca en taxichauffeur.”

Beperken verlies

Optredens kosten theaters nu geld, toch gaan de meeste open. “Ik spreek niet van winst of verlies, maar van het beperken van verlies”, zegt Floris van theater de Kattendans. “Voor het publiek én de artiest is de ervaring anders. Vanavond staat Ellen ten Damme te spelen in een zaal die voor een kwart gevuld is, normaal kan zij Carré uitverkopen.”

“Dit is de tweede keer in een half jaar dat ik optreed”, zegt Ten Damme. “Ze maken het gezellig hier met tweezitsbankjes, theaters gaan er creatief mee om.

Maar eigenlijk is het treurig, normaal staan we voor duizend mensen, nu honderd.”, vertelt ze in deze video:

‘Het is treurig, normaal staan we voor duizend mensen, nu honderd’

Met zaalverhuur voor congressen en optredens van bekende artiesten haalde de Meervaart voorheen genoeg geld binnen om het jaar erna educatieve programma’s en nieuw talent te bekostigen. Omdat voorstellingen stillagen, congressen online zijn en bij grote namen maar 20 procent wordt verkocht, valt veel geld vweg.

Imagoprobleem

Veel podia zijn afhankelijk van loonsteun van de overheid. Die zogenoemde NOW-regeling loopt tot 1 oktober, een nieuw steunpakket is nog onzeker. Floris van Theater de Kattendans: “Het lastige is dat de subsidies ten koste van de NOW-steun kunnen gaan, omdat je omzet omhooggaat. Ik ken theaters die daardoor niet zijn opengegaan de afgelopen maanden, omdat ze die loonsteun hard nodig hebben.”

Volgens Floris heeft de cultuursector een imagoprobleem: “Als een weg wordt aangelegd, heet het een rijksbijdrage. Als het om cultuur gaat, heet het subsidie. Het is geen gratis geld, wij moeten ons ook aan afspraken houden.” Floris ziet het als zijn plicht om open te gaan: “Niet alleen voor mijn medewerkers en de artiesten, ook voor de inwoners.”

Publieksstromen

Volgens Boris van der Ham, voorzitter van de Vereniging van Vrije Theater Producenten, is alles bij niet-gesubsidieerde theaters verliesgevend: “Wij moeten alles uit het kaartje halen, we krijgen er geen geld bij. Pas als wij 60 of 70 procent van de kaartjes verkopen, draaien producenten geen verlies.”

Van der Ham vreest dat het culturele aanbod verschraalt. “Er gaat weinig geëxperimenteerd worden, het worden vooral de greatest hits en monologen.” Volgens hem zouden er meer mensen in theaterzalen kunnen. “Deze sector heeft veel ervaring in publieksstromen regelen. We kunnen een situatie creëren die veel voorspelbaarder is dan in de kroeg.”