Naar aanleiding van de expertmeeting ‘Kleur bekennen: richting een nieuwe publiek’ welke op 14 september jl door World Music Forum NL in het Bimhuis werd georganiseerd een samenvatting met de belangrijkste conclusies. In de bijlage tevens het uitgebreide verslag alsmede een foto-impressie van deze bijeenkomst.
Tijdens Eurosonic Noorderslag in Groningen zal de discussie, als onderdeel van het conferentieprogramma, op 14 januari 2016 een vervolg krijgen in de vorm van een paneldiscussie (zie voor meer informatie www.worldmusicforum.nl).
‘Kleur Bekennen: richting een nieuw publiek’
14-9-2015 Bimhuis, Amsterdam
- Inleiding en samenvatting door Stan Rijven
- Uitgebreid verslag door Ton Maas (bijlage)
Inleiding
Najaar 2015 buigen alle politieke partijen en kunstcommissies zich over het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2017-2020. Aanleiding voor World Music Forum NL (WMFNL) vooraf een expertmeeting te organiseren om kwetsbare programmering – en wereldmuziek in het bijzonder – voor de toekomst veilig te stellen. Daarmee wil het tevens richting geven aan lokaal, provinciaal en landelijk beleid. Samen met sleutelfiguren uit de sector wereldmuziek, beleidsmakers, vertegenwoordigers van fondsen, branche-organisaties, opleidingen en media werd tijdens deze expertmeeting gezocht naar duurzame oplossingen voor de toekomst.
WMFNL constateert:
a. een blinde vlek bij beleidsmakers, de media, programmeurs en zaalhouders voor de grote demografische verschuivingen die zich in Nederland voltrekken. Heersende opvattingen t.a.v. programmering en publieksbenadering voldoen niet meer.
b. dat bevolkingsstatistieken nopen tot verandering: in onze vier grote steden is culturele diversiteit mainstream, geen niche. De meetmethodes van CBS en KLO (Kijk & Luister Onderzoek) stroken niet meer met de realiteit.
c. dat van instellingen wordt gevraagd het publieksbereik uit te breiden naar een nieuw en diverser publiek. Zo werd in de diversiteitsparagraaf van de Raad van Cultuur (2015) en in ‘Ruimte voor Cultuur’ (2015), een beleidsbrief van minister Bussemaker, gesteld dat- hand in hand met de demografische verschuivingen- vrijetijdsbesteding en publieksvoorkeuren sterk wijzigen.
Deze expertmeeting concentreert zich op twee vragen:
a. Wat zijn de randvoorwaarden, hoe betrek je nieuw publiek?
b. Die nieuwe doelgroepen zijn er al, maar hoe ze te vinden?
1. Onderzoek
a. meetmethodes
Keynote-speaker René Romer (directeur diversity marketingbureau TransCity) pleit voor andere meetmethodes. Wanneer de derde generatie wordt meegeteld ligt het aantal Amsterdammers met etnisch-culturele wortels in het buitenland aanzienlijk hoger dan het percentage allochtonen van ‘ruim 50%’ dat in de media wordt gemeld.
Als we de bevolkingsprognose van het CBS op die manier aanvullen, blijkt dat in 2060 de verhouding tussen autochtonen en mensen met buitenlandse wortels drastisch zal zijn veranderd: “Van twaalf miljoen autochtoon tegenover iets meer dan vier miljoen met buitenlandse wortels naar tien miljoen autochtoon tegenover acht miljoen met buitenlandse wortels”. Ook onzichtbaar in de statistieken is de toenemende vermenging tussen al die verschillende buitenlandse wortels. Het door het CBS gehanteerde onderscheid tussen westers en niet-westers, wordt steeds lastiger te bepalen: “Een Pakistaan die in Engeland genaturaliseerd is en vervolgens naar Nederland verhuist, wordt hier als westerse immigrant geregistreerd”.
b. marketing- of communicatievraagstuk?
Romer: “Moeten we naar het product kijken of naar de communicatie? Als het over de podiumkunsten gaat, is het in de eerste plaats een marketingvraagstuk. Het begint immers bij het productaanbod. Wat is aansprekend voor al die gemixte bevolkingsgroepen? Maar het is ook een communicatievraagstuk, want hoe bereik je de verschillende groepen?” Hij constateert dat het huidige multiculturele aanbod zich grotendeels buiten de reguliere podia afspeelt, in een parallel uitgaanscircuit dat steeds groter wordt. De grote podia spelen nauwelijks in op diversiteit; de verschillende gemeenschappen juist steeds meer. “Wie die gemixte bevolkingsgroepen wil bereiken met een aansprekende programmering, zal zijn oor te luisteren moeten leggen bij de doelgroepen en met ze in gesprek gaan”.
c. de media
In de onderzoekspanels van KLO zijn de gemengde bevolkingsgroepen nauwelijks vertegenwoordigd, Romer: “We weten dus helemaal niet waar in de gemengde bevolkingsgroepen naar gekeken en geluisterd wordt, omdat het niet gemeten wordt.” En: “Radio 6 profileert zich als ‘zwarte zender’, maar uit parallel onderzoek door TransCity en Motivaction onder Surinaamse, Antilliaanse, Marokkaanse en Turkse Nederlands blijkt dat de zender in die gemeenschappen nauwelijks beluisterd wordt”.
d. panelreacties
Richtje Sybesma en Sabrina Dinmohamed (als onderzoekers verbonden aan Binoq/Atana). Dinmohamed: “Met de diversiteitsscan die we bezig zijn te ontwikkelen, kunnen gesubsidieerde instellingen zelf bepalen waar ze staan met betrekking tot de vier P’s: Personeel, Partner, Programmering en Publiek”. Sybesma vraag
t zich af of we het begrip diversiteit niet verder moeten oprekken dan verschil in etniciteit: “Door de toenemende tweedeling in onze maatschappij zijn er ook steeds meer autochtone Nederlanders die nooit meer in een theater komen”.
2. Programmeren, 2 cases
a. Serdar Manuvoglu (Stichting Pera) kan onder de Paradiso-paraplu met een zekere autonomie programmeren voor andere doelgroepen, zich telkens afvragend: “Welke aanvulling wil je geven op het bestaande aanbod elders en wil je specifiek je doelgroep bedienen of die mengen met bestaand publiek?” Strategisch kiest hij voor de term ‘Istanbul’, “Omdat’Turks’ sommige mensen afschrikt”. En: “Met elektronische muziek trek je gemakkelijker een gemengd publiek dan met live-optredens”. Hij ziet bij directie en subsidiegevers meer ruimte ontstaan, maar: “Sponsoring blijft moeizaam, terwijl daar volgens mij juist allerlei kansen liggen”.
b. Geert van Italie (directeur Melkweg) heeft geen gespecialiseerde programmeur ‘niet-westers’ in dienst: “Als netwerkorganisatie hebben we contact met allerlei partijen die verbonden zijn met bepaalde doelgroepen”. Hij merkt op dat het parallelle uitgaanscircuit “Veel concurrerender is geworden, omdat bijvoorbeeld The Sand groter is dan Paradiso en de Melkweg. Daardoor kan er meer verdiend worden en dus ook meer uitgegeven aan artiesten”. Van Italie benadrukt dat “De artistieke ontwikkeling van de popsector als geheel meer financiële overheidssteun nodig heeft, om toenemende eenvormigheid en verschraling tegen te gaan”.
3. Media & marketing, 3 cases
a. Impresario Mahindra Goercharan (Euromusic Agency) pleit voor een creatievere benadering. Zo wist hij DWDD via Prem Radakishun warm te maken voor Bollywood-diva Asha Boshle, koppelt hij de Turkse zangeres Sertab Erener aan de Nederlandse popartiest Waylon, en de Indiase Bollywood-ster Kumar Sanu aan Karin Bloemen die hem “zonder meer een pagina in De Telegraaf oplevert”. De echte uitdaging is “Om ook autochtone Nederlanders ervoor te interesseren. Mijn eigen smaak speelt daarbij geen rol. Ik doe voortdurend onderzoek naar wat er leeft bij de doelgroepen en daar bedenk ik dan dingen bij. Omdat we als bedrijf geen subsidie ontvangen, moet het commercieel wel kloppen”.
b. Ivette Forster (Kwakoe Festival): ‘Bij ons vervaagt de doelgroepprogrammering zienderogen. Naast Antilliaanse en Surinaamse staan er tegenwoordig ook Marokkaanse en Poolse rappers”. Vincent Soekra (Kwakoe) bereikt 90% van zijn doelgroepen via social media “En niet te vergeten via FunX, de tegenhanger van Radio 6 en misschien wel de best beluisterde radiozender. Alleen kunnen we dat niet bewijzen”. Romer vult aan dat blijkens parallel-luisteronderzoek onder Nederlanders met buitenlandse wortels “Slechts 0,7% naar Radio 6 luistert, tegenover bijna 25% naar FunX”.
c. Volgens Jochem Valkenburg (Holland Festival) is HF een kleineorganisatie met brede scope. Ze maken daarom graag gebruik van de expertise van derden: “Met ons ‘eigen’ publiek – wit, middelbaar en hoog opgeleid – krijgen we met Abida Parveen geen grote zaal vol. Omgekeerd zouden we graag zien dat het Pakistaanse publiek dat we met Abida trekken, niet alleen naar Pakistaanse voorstellingen komt. Om dat te bevorderen, ‘branden’ we nadrukkelijk al onze activiteiten, zodat het voor iedereen duidelijk is dat hij aanwezig is bij een HF-evenement”.
4. Kennisverbreding & educatie
a. Voor Oscar van der Pluijm (Grounds/WMDC) is ‘cultuureducatie’ het kernbegrip. Hij ziet hier voor steeds meer aandacht en beleid, speciaal als het om muziek gaat. Hoog nodig: “Want het overdragen van muziekculturen onderling was vrijwel volledig weggevaagd”. In Grounds is doelgroepprogrammering nog altijd succesvol: “Vaak in samenwerking met organisaties in de stad die hun eigen netwerk hebben. Lastiger is het om dat publiek vervolgens te verleiden om andersoortige voorstellingen te bezoeken. Dat lukt beter bij de familie-achtige zondagmiddagconcerten”.
b. Emiel Barendsen (voorheen Tropentheater) pleit voordeskundigheidsbevordering gericht op programmeurs, marketing- en communicatiemedewerkers, zoals enkele jaren geleden al werd gedaan tijdens een studiedag van de VSCD (Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties): “Bij die gelegenheid werd ook een werkgroep wereldmuziek opgericht, maar daar is later nooit meer iets van vernomen. Jammer, want juist bij de beslissers over wat er op de podia verschijnt, ontbreekt het veelal aan kennis en netwerk”.
c. Stan Rijven (popjournalist) wijst op kennisverbreding gericht op andere gatekeepers, zoals radiomakers en muziekjournalisten: “In een geglobaliseerde wereld is er behoefte aan meer dan uitsluitend anglo-amerikaanse muziek”.
Slotconclusies
- een herziening van de door CBS en KLO gehanteerde meetmethodes is noodzakelijk
- een vervolgonderzoek op Klankrijk & Kansrijk’ (2012) naar het informele circuit is wenselijk
- er is meer financiële steun nodig voor de artistieke ontwikkeling van de popsector
- kennisverbreding t.a.v. niet-westerse muziek op kunst- en vakopleidingen, conservatoria en scholen voor journalistiek is essentieel
Uitgebreid verslag van de bijeenkomst door Ton Maas:
>>Download hier141.15 KB140.95 KB
>> Bekijk hier fotoverslag door Ton Maas
Deze bijeenkomst werd georganiseerd door World Music Forum NL, met steun van Prins Bernhard Cultuurfonds, Buma Cultuur, Sena en het Bimhuis.