Party Crashers & Cross Overs
Jazz en World zijn voor velen de A en B-kant van dezelfde plaat. Immers: beide muziekwerelden zijn geworteld in traditie, vinden impro een pro, leggen de nadruk op uitwisseling en het accent op music in plaats van money.
‘Uitwisseling’ is ook de sleutel tot de Blend Café’s die World Music Forum NL organiseert. Dit open source netwerk biedt sinds 2006 een podium voor professionals uit de (wereld)muzieksector om ideeën uit te wisselen en nieuwe crossovers aan te gaan. Het panel van vandaag biedt een kijkje in de keuken van drie party crashers: acts die erin slagen met pro-actieve marketing en communicatie de aandacht op zich te vestigen en zodoende verzekerd blijven van regelmatige optredens. Hoe doen ze dat? Plug in bij dit adhoc trio.
Panel
Joost Abbel (gitaar) – Zorita, Amsterdam Artist Collective (AAC), Vreemd Wild
Saskia Laroo (trompet) – Duo Laroo Byrd, Saskia Laroo Band, Jazzkia
Bas Barnasconi (zang) – Van Katoen, Bazookas
MC: Stan Rijven
Joost: Het ontstaan van het AAC was het resultaat van een ontwikkeling en geen bewuste keuze. Ooit hadden we als Zorita een manager die onze boekingen deed, maar dat bleek steeds minder effectief. Manager opgezegd, en toen stonden we er alleen voor. Kay Krijnen van Amariszi haalde me vervolgens over om mee te gaan naar de Womex en daar in een gezamenlijke stand beide bands te promoten. Een van de bezoekers aan die stand merkte op dat we eigenlijk een collectief waren en die eye-opener markeerde eigenlijk het begin van het AAC. Zo’n collectief heeft veel voordelen. Je hebt morele steun aan elkaar als het tegen zit. Je kan kosten van promotie delen door samen een stand te huren. De promotiefilm van alle vijf de bands van het AAC, een professioneel gemaakte live registratie, zou voor elk van ons afzonderlijk onbetaalbaar zijn geweest. Ook het delen van contacten is enorm nuttig gebleken. In feite verkopen we met regelmaat elkaar, gewoon door na een succesvol optreden de andere bands aan te bevelen. De samenwerking heeft inmiddels veel opgeleverd en vooral meer optredens voor alle bands. Zo nodigde Mattie Austen van Amersfoort Jazz ons als collectief uit, wat leidde tot de ontwikkeling en de première van een zelfbedacht festivalconcept: een soort marathonsessie van alle vijf de bands waarbij zeven uur lang non-stop wordt gespeeld. Dat concept, ‘Vreemd Wild’, hebben we inmiddels al twee keer gepresenteerd (De Helling en Amersfoort Jazz) en deze zomer volgen er nog vier: Georgie’s Wundergarten in Ruigoord, het Over het IJ Festival, De Spot in Middelburg en Lepeltje Lepeltje.
Saskia: Ik wist eigenlijk helemaal niet wat ik wilde worden, dus na de middelbare school ben ik maar wiskunde gaan studeren en daardoor ontdekte ik het muziekleven in Amsterdam. Ik speelde al verschillende instrumenten, maar de trompet bleek het handigste als je jazz wilt spelen. Ik ging overal jammen en hoorde dat je ‘schnabbels’ kon krijgen. Hoe, dat wist ik niet, maar men zei: ‘dat moet je gewoon vragen’. Dus ik vroeg aan iedere muzikant: ‘Heb je misschien een schnabbel voor me?’ Dat schoot niet erg op, maar op een keer had ik geluk toen ik in het Bimhuis Hans Dulfer trof. Die zei meteen: ‘Geef me je nummer maar’ en de volgende dag belde hij al. Hij was dus de eerste die me aan werk hielp. Vervolgens besloot ik naar het conservatorium te gaan. Mijn eerste cd was het onverwachte resultaat van een schnabbel op een feestje van platenmaatschappij CBS. Die wilden me graag uitbetalen ‘in natura’, in de vorm van duizend elpees. Dat was in 1992. Omdat ik geen eigen nummers had en die eerst nog moest gaan schrijven, heb ik het project een jaar uitgesteld en toen waren die duizend platen het inmiddels cd’s geworden. Door de samenwerking met Rob Gaasterland ontdekte ik house en hiphop, stijlen die ik in mijn muziek verwerkte, net als salsa en Caribean music. Die cd kwam vervolgens uit in 15 landen waaronder Japan en er werden er maar liefst 6000 van verkocht. Na een tv-optreden bij Ischa Meijer stroomden de boekingen binnen, maar ik had geen band. Dat werden dus de Saskia Laroo Band, Duo Laroo Byrd en Jazzkia, de drie hoofdformaties die nog altijd bestaan. Ik heb geen bijzondere rechtsvorm. Als artiest werk ik met een gageverklaring en ben dus niet zelfstandig, want dat kan je nooit meer in de ww. Mijn platenlabel is wel een eenmanszaak en verder is er een stichting waar ik zelf niet in het bestuur zit. Die stichting heeft een werknemer die allerlei werkzaamheden voor me verricht. Hij doet de pr en mijn personal management. Als ik geboekt wordt, laat ik de stichting een factuur sturen en zij betalen vervolgens ook de muzikanten uit. Het feit dat ik zoveel verschillende stijlen speel, brengt zowel voor- als nadelen met zich mee. Soms zijn mensen teleurgesteld omdat ze iets anders hadden verwacht. Vaak laat ik vooraf weten wat ik ga spelen, bijvoorbeeld Motown en geen jazz, maar als ik in jazzcafé Alto speel, maak ik gebruik van de vrijheid om te doen waar ik zin in heb. Dus ook salsa. Ik vind het ook erg leuk om mensen te confronteren met verschillende stijlen en genres.
Bas: De oude Amerikaanse schoolbus in het filmpje is zowel onze tourbus als ook een attribuut, want we spelen soms vanuit de bus. Het is ook een sfeerelement dat festivals aanspreekt. We verzinnen voortdurend acties om onszelf mee te promoten. Tijdens de Womex van 2015 speelden we op de Womex een ‘silent concert’ met koptelefoons, gewoon tussen de stalletjes van de Dutch Corner op de beursvloer. Het lukt lang niet altijd om boekers en programmeurs te bereiken op het moment waarop ze je eventueel kunnen gebruiken, dus is het belangrijk dat ze zich herinneren wie en wat je bent op het moment dat ze wél iemand nodig hebben. Het hoeft niks te maken te hebben met de muziek. Zorita stond op dezelfde Womex koekjes te bakken in de stand. Ook dat is iets wat mensen onthouden. Maar ook dan is het een kwestie van lange adem en volhouden. En bovendien moet men je ook makkelijk kunnen vinden, dus we zijn altijd heel vrijgevig met souvenirs waarop onze contactgegevens staan. Voor dat silent concert in Boedapest hebben we wel de hele band (acht man) overgevlogen – wat niet goedkoop is – maar je bereikt via de Womex dan ook heel wat potentieel geïnteresseerden. Uiteindelijk hebben we maar twee keer twee nummers gespeeld, maar de spin-off maakte de investering meer dan goed.
Joost: Mensen denken aan je op het moment dat het belangrijk is – dat is inderdaad het voornaamste resultaat van je inspanningen. Op de Womex loopt iedereen iets te verkopen, dus je wilt je onderscheiden. Tijdens de beurs zelf gebeurt vaak niet zoveel, maar in de maanden erna worden de festivalprogramma’s ingevuld. Het is ook belangrijk om over andere dingen te kunnen praten dan je ‘product’, want soms heb je gewoon een klik en een leuk contact, zonder dat er rechtstreeks belang is met betrekking tot optredens.
Saskia: Ik bezoek altijd de APAP in New York en ga dan ook naar paneldiscussies en seminars over nieuwe ontwikkelingen. Ik heb altijd een memo-recorder bij me om alles op te nemen. Amerikaanse podium- en festivalprogrammeurs hebben vaak maar een minuut per artiest om te beslissen over een optreden of tournee. Dan is het belangrijk dat je website actueel is, compleet met bio en discografie. Een belangrijke tip die ik er opdeed is dat je recensies of quotes toont in de originele opmaak (dus een scan) en voorziet van een link naar het originele artikel, want er blijkt nogal eens mee gesjoemeld te worden.
Bas: Ik heb veel waardering voor het collectief van Joost, maar zal me er nooit bij aansluiten. Wij varen liever onze eigen koers, zodat we impulsieve beslissingen kunnen nemen. Een van mijn sterkste drijfveren als mens is dat ik nooit het gevoel van ‘had ik maar…’ wil hebben. Veel artiesten doen moeite om zichzelf goed in kaart te brengen (bandfoto’s, bio’s etc.), maar wat ons het meest geholpen heeft, is juist het in kaart brengen van ons publiek. Bookers en programmeurs hoeven niet van je muziek te houden om je te kunnen boeken, maar willen wel graag weten wie jou leuk vindt. Aan het einde van elk optreden plaatsen we een foto die vanaf het podium is genomen, dus waarop je niet de band maar het publiek ziet. Daarmee laat je niet alleen zien dat het succesvol was (volle zaal), maar men kan ook inzoomen en kijken wat voor volk er aanwezig is.
Saskia: Een paar weken geleden waren we in China en daar hebben we selfies gemaakt met publiek dat staat te juichen. Die hebben we vervolgens op Instagram geplaatst en dat werkte als een tierelier.
Vraag: Jullie hebben geïnvesteerd in koptelefoons voor die silent concerten. Is dat niet heel erg duur? Bas: Het kost geld, absoluut waar, maar als het één optreden oplevert, heb je je investering al terugverdiend. Zo rekenen wij in elk geval. We controleren ook niet of ze allemaal weer worden ingeleverd. We zijn ervan overtuigd dat we een eerlijk publiek aantrekken en dat blijkt ook telkens weer het geval. Als je vertrouwen geeft, krijg je het ook. Muzikanten zijn geneigd om geijkte paden te bewandelen, maar er zijn zoveel andere manieren om jezelf in de kaart te spelen. Neem onze bus. We werden bijvoorbeeld niet geboekt voor Noorderslag. Dan rijden we de bus daarheen en geven een concert op de Grote Markt in de bus. Je wordt er ook zelf gelukkiger van, want je kan je creativiteit op die manier veel breder inzetten. En het werkt: Twee weken geleden speelden we naar aanleiding van Womex op een festival in Duitsland en kregen via Facebook een reactie van iemand die het te gek had gevonden. En die bleek de smaakontwerper van een bierbrouwerij. Nu wil het geval dat wij heel graag een alcoholvrij bier zouden willen uitbrengen en dat hadden zij, een mangobier. Dus we hebben contact met hem gezocht en dat gaat nu vervolg krijgen.
Vraag: Van jullie is ooit een nummer gebruikt voor de Classico Barcelona Madrid, toch? Joost: Inderdaad, als promotiefilmpje tijdens de rust. We hadden er veel van verwacht, maar het leverde eigenlijk niets op. Bas: Eén zo’n filmpje op zich doet vaak ook niks. Het is de optelsom van al je acties die op een gegeven moment rendement gaat opleveren. Maar om het die kans te geven, moet je het een lange adem geven, volhouden en herhalen. Saskia: Je moet ook gedisciplineerd zijn en gefocused. En verder is het handig om altijd op tijd te zijn. Bas: Ik heb nog één ding gemist en dat is dat je het zelf ongelofelijk gaaf moet vinden om muziek te maken. Als je een filmpje maakt, is dát wat het moet uitstralen. Dat je het gewéldig vindt om daar te staan, voor zó veel mensen! Dat je daarvan kunt genieten. En ik kom helaas veel artiesten tegen die daar niks meer mee hebben, die het allemaal maar gewoon vinden. Dat maakt ook dat je het volhoudt. Vraag: Nog een laatste voorbeeld. De tienduizend euro die het gemiddeld kost om een cd te maken, kan je ook gebruiken voor de aanschaf van een portable opnamestudio, zoals Amariszi heeft gedaan, en daarmee op tournee gaan door de Balkan om met lokale artiesten samen te spelen en daar een live-album uit samen te stellen. Joost: Ze hadden één boeking, op Sziget, en hebben daar die tournee aan vastgeknoopt. Dat waren veelal gratis concerten, maar het resultaat was wel een succesvolle live-plaat én een leuke vakantie.
Verslag en foto’s: Ton Maas
Bekijk hier alle foto’s van dit WBC via Flickr: